Prioritering kantoorgebouwen
Het kan zijn dat het in een toezichtgebied onmogelijk is om tegelijkertijd handhavend op te treden bij alle kantoorgebouwen. Daarom zal de toezichthouder vaak een prioritering aanbrengen in het kantorenbestand. Dat is dan gebaseerd op indicatoren als zekerheid dat moet worden voldaan aan de energielabel C-verplichting, de hoogte van het energiebesparingspotentieel, het huidige energielabel of het bouwjaar.
Handhaving (stap 4)
In het stroomdiagram van ‘Uitvoeren toezicht bij energielabel C voor kantoren’ is handhaving stap 4 in het proces. Deze stap staat hieronder in een stroomdiagram beschreven. Blauwe blokjes zijn de vragen die de toezichthouder stelt om het stoomdiagram te doorlopen. Zwarte blokjes zijn acties om uit te voeren. Onder het stroomdiagram staan de verschillende onderdelen voor handhaving.

Hoe zit het met de sancties?
De Landelijke handhaving Strategie (LHS) voorziet in een zogenoemde basisinterventiematrix die helpt bij de keuze voor de wijze van handhaving. Niet voldoen aan de energielabel C-verplichting wordt in dit informatieblad gepositioneerd als classificatie B3: de gevolgen zijn ‘van belang’ en de overtreder is ‘onverschillig’. Daarbij zijn de volgende interventies weergegeven in de LHS:
- strafrecht in de vorm van een bestuurlijke strafbeschikking of het opmaken van een proces verbaal
Het eerste is voor deze overtreding waarschijnlijk niet mogelijk. En het opmaken van een PV is alleen aan de orde als daar met het OM afspraken over zijn gemaakt).
- bestuursrecht herstellend
Van lichte naar zware overtredingen: verscherpt toezicht, last onder dwangsom, last onder bestuursdwang, tijdelijk stilleggen. De eerste optie biedt hier geen soelaas.
Zwaarte van de last
De overheid behoort zoveel mogelijk gelijke gevallen gelijk te behandelen. Dit vergt van de handhavende instanties dat zij stelselmatig en consistent handelen. Door gebruik te maken van de stappen in het stroomdiagram volgt de toezichthouder een uniforme opzet. Belangrijk is dat een aantal situaties toch maatwerk behoeft.
Bij een last onder dwangsom spelen er wat betreft de zwaarte 2 zaken:
- de begunstigingstermijn
- de (totale) hoogte van de last onder dwangsom
De begunstigingstermijn moet altijd worden afgestemd op de tijd die redelijkerwijs nodig is om de benodigde herstelmaatregelen te treffen. Er moet dus rekening gehouden worden met de technische en organisatorische uitvoerbaarheid.
Vanuit stap 3 (toezicht) zijn er twee opties mogelijk:
- Er is geen energie- of maatwerkadvies met planning ontvangen.
Hiervoor kan een relatief korte begunstigingstermijn worden gesteld. De toezichthouder vraagt dan wederom om binnen 12 weken een geldig energielabel te registreren of een energie- of maatwerkadvies met planning voor uitvoering te overhandigen. De uitvoering van deze planning mag niet langer zijn dan een jaar na de eerste aanschrijving (stap 2).
2. Er is wel een energie- of maatwerkadvies met planning ontvangen, maar er is geen energielabel geregistreerd binnen de aangegeven planning.
Hierbij is geen uniforme begunstigingstermijn te bepalen. Dit is namelijk afhankelijk van de te nemen maatregelen uit het energie- of maatwerkadvies. Wel moet bedacht worden dat de door de overtreder voorgestelde planning dan al is verlopen. De maximale termijn bedraagt in ieder geval niet langer dan een jaar na de eerste aanschrijving (stap 2).
De hoogte van de dwangsom
Een dwangsom per tijdseenheid komt met name aan de orde als er sprake is van een continue overtreding. Daarvan is bij een overtreding van de energielabel C-plicht sprake.
De hoogte van de dwangsom moet worden gemotiveerd. Artikel 5:32b, lid 3, Awb, bepaalt alleen dat de hoogte van de dwangsom in redelijke verhouding moet staan tot de zwaarte van het geschonden belang en de beoogde effectieve werking.
Zowel het evenredigheids- als het zorgvuldigheidsbeginsel verlangen niet dat een financieel (draagkracht)- onderzoek moet worden uitgevoerd om de hoogte van een dwangsom te bepalen. Met andere woorden, de financiële situatie van de overtreder is niet relevant.
De hoogte van de dwangsom sluit aan op de leidraad handhavingsacties en termijnen 2022-1 ‘bouwen in strijd met de regels uit de vergunning’ (zie onderstaand overzicht), omdat deze overtreding dicht bij de classificering van het overtreden van de energielabel C-verplichting komt.
Overtreding | Kwalificatie | Sanctie | Hoogte Dwangsom | Begunstigingstermijn |
Bouwen in afwijking van de vergunning, kwalificatie ernstig | Van belang | Dwangsom | €2000 p.w. max. 10 x | Min. 6 weken |
Uit de ‘Leidraad handhavingsacties en termijnen’
De hoogte van de dwangsom is opgesteld voor een gemiddeld kantoorgebouw. De last onder dwangsom moet een prikkel zijn om de overtreding te beëindigen of om herhaling te voorkomen. Dat betekent dat het in bepaalde gevallen nodig kan zijn af te wijken van deze omvang van de last onder dwangsom. Bijvoorbeeld bij zeer grote kantoorgebouwen, waarbij de hoogte van de dwangsom niet meer in verhouding staat met de omzet van het bedrijf in het kantoorgebouw. Handhaven blijft nu eenmaal maatwerk.
Escalatie handhaving (stap 5)
Als stap 4 van de handhaving niet het gewenste resultaat oplevert, dan zal het bevoegd gezag de handhaving moeten escaleren. Dit kan gedaan worden door een nieuwe en hogere last onder dwangsom op te stellen. Alternatief kan een kantoorgebouw dat niet voldoet aan de energielabel C-verplichting, via een last onder bestuursdwang gesloten worden. Hier geldt nog meer de casuïstiek en de individuele afweging van het geval. Ook kan de toezichthouder bij deze stap de inzet van strafrecht overwegen.