Technische Veiligheid

Wat is een blootstellingsonderzoek gevaarlijke stoffen?

Elke dag een machine schoonmaken, plank zagen, muurtje verven of een zak betonmortel omkiepen. Het lijken onschuldige handelingen, maar op de lange termijn zijn ze slecht voor de gezondheid. Die gevolgen merkt de uitvoerder echter pas wanneer het al te laat is. Een blootstellingsonderzoek kan dit helpen voorkomen.

Overal waar gewerkt wordt, kunnen gevaarlijke stoffen vrijkomen en ongezonde omstandigheden ontstaan. Er is dus een grote kans dat medewerkers hiermee in aanraking komen. Vaak gaat dat onbewust. Enkele voorbeelden van belastende factoren op de werkplek:

  • Stoffen, gassen of dampen
  • Geluid
  • Trillingen
  • Straling
  • Micro-organismen zoals virussen en schimmels
  • Werkdruk
  • Fysieke belasting (tillen, duwen, trekken)

In dit artikel focussen we even op de gevaarlijke stoffen, zoals kankerverwekkende, mutagene en reprotoxische stoffen (CMR). Wordt een medewerker continu blootgesteld aan een lage hoeveelheid gevaarlijke stof, dan kan dat op de lange termijn gezondheidsschade opleveren. Denk hierbij aan kanker, longemfyseem, slechte concentratie, verminderde vruchtbaarheid, vergeetachtigheid of Parkinson.

De blootstelling telt

Maar werkt een bedrijf met gevaarlijke stoffen, dan hoeft dat niet meteen schadelijk te zijn voor de gezondheid. Het risico op de gezondheidseffecten hangt namelijk af van de kans op blootstelling. Hoe vaak en hoe intensief komt een werknemer in contact met de stof? Om de daadwerkelijke gezondheidsrisico’s in kaart te brengen is een blootstellingsonderzoek nodig.

Wat is blootstellingsonderzoek?

Blootstellingsonderzoek is het op de werkvloer bepalen van de blootstelling aan gevaarlijke stoffen. Een arbeidshygiënist toetst de blootstelling aan normen en gezondheidskundige waarden. Met de gegevens kan hij of zij uitspraken doen over de gezondheidsgevaren voor de medewerkers.

Wat is de aanleiding voor een blootstellingsonderzoek?

Soms zijn gezondheidsklachten van werknemers de aanleiding voor een blootstellingsonderzoek. Maar er zijn ook veel wettelijke verplichtingen rond het werken met gevaarlijke stoffen. Zo moeten bedrijven een RI&E en eventuele verdiepende RI&E uitvoeren naar de blootstelling aan gevaarlijke stoffen. In een wettelijk stoffenregister zetten zij alle stoffen die binnen de organisatie aanwezig zijn.

Hoe gaat een blootstellingsonderzoek?

Een onderzoek naar aanwezige gevaarlijke stoffen bestaat uit 3 basisstappen.

  1. De stoffen in kaart brengen
    Welke stoffen zijn er aanwezig en wat zijn hun gevaarlijke eigenschappen?
  2. Werkomgeving checken
    Hoe ziet de werkplek eruit? Is er ventilatie, wordt er gewerkt met open of gesloten systemen, hoe is de temperatuur, druk, welke handelingen vinden plaats en wie voeren deze uit?
  3. Blootstelling schatten
    Hoe hoog wordt de blootstelling ingeschat? Dit inzicht ontstaat via indicatieve metingen of door blootstellingsmodellen toe te passen, zoals de ‘Stoffenmanager’. Wanneer er kans is op overschrijding van de gezondheidskundige grenswaarde, volgt een uitgebreid onderzoek.
  4. Blootstelling meten en toetsen
    De deskundige doet metingen op de werkvloer, bijvoorbeeld omtrent lasrook of oplosmiddelen. De meetuitkomst wordt daarna vergeleken met de grenswaarde.

En dan?

Op basis van de meetresultaten bepaalt de arbeidshygiënist of de medewerkers risico lopen op gezondheidsschade of dat er extra veiligheidsmaatregelen nodig zijn. Hoe kan blootstelling worden voorkomen of verminderd? Wat voorbeelden:

  • De gevaarlijke stof vervangen voor een veilige variant (bijvoorbeeld een oplosmiddelvrije lak)
  • Met gesloten systemen gaan werken
  • Afzuiging installeren
  • Ruimtelijke ventilatie verbeteren
  • Taken afwisselen met collega’s
  • Andere werktechnieken toepassen
  • Persoonlijke beschermingsmiddelen beter gebruiken en onderhouden

Vervolgens borgt de organisatie de veiligheid en controleert de Inspectie SZW of alles op orde is. Zo niet, dan krijgt het bedrijf een fikse waarschuwing. Soms wordt het hele bedrijfsproces zelfs stilgelegd totdat de situatie weer veilig is.

Kan iedereen een blootstellingsonderzoek doen?

De Inspectie SZW ziet regelmatig blootstellingsonderzoeken die praktisch en statistisch gezien niet kloppen. Dat komt doordat blootstellingsonderzoek een soort wetenschap is. Het moet echt worden uitgevoerd door een gecertificeerde arbeidshygiënist. Of door een veiligheidskundige of bedrijfsarts mét kennis van gevaarlijke stoffen. Bedrijven hebben zo’n kerndeskundige meestal in dienst of huren er iemand voor in.

Praktijkgerichte opleiding over blootstellingsonderzoek

Wilt u zelfstandig een kwalitatief en wettelijk onderbouwd blootstellingsonderzoek kunnen uitvoeren? Bij Kader Opleidingen leert u meer dan de theorie. Onze opleiding Gevaarlijke stoffen: praktijkgericht meten van blootstelling op de werkplek is de enige opleiding in Nederland waarbij u blootstellingsmetingen in de praktijk oefent en leert interpreteren. 

Gerelateerde artikelen